Getuigenis Pater Luis María, msp.

Ik denk dat ik van jongsaf aan, rond mijn 6 jaar, roeping voelde om Jezus voor altijd te volgen. 

Ik ben Pater Louis-Marie Sallé uit Frankrijk, tweede zoon van een groot gezin, geboren te Reims, een grote stad op anderhalf uur rijden van Parijs. Altijd gaven mijn ouders me de liefde voor God boven alles. Daarnaast ontving ik drie grote zegeningen tijdens mijn roepingsreis: de eerste was de mogelijkheid om als kind elke zondag als acoliet de H. Mis te mogen dienen; de tweede was om deel uit te maken van de grote “Scout”-familie, een onvergelijkbaar vormingswerk voor de jeugd dat door Baden-Powell werd opgericht en dat, vooral met pater Sevin (een heilige jezuïtenopvoeder) haar meer katholieke vorm kreeg; en de derde was om de Benedictijner abdij van Fontgombault te kunnen bezoeken, in Midden-Frankrijk, waar ik een broer monnik heb. De spiritualiteit, de kerkelijke zin, de liefde en de liturgie (in het bijzonder de buitengewone vorm van de Romeinse ritus) hebben mij mijn hele leven getekend.

Toen ik opgroeide, ging ik naar de universiteit en na slechts één jaar geschiedenis te hebben gestudeerd, werd ik lid van de communiteit "Saint Martin de Tours". Na vijf jaar vorming werd mij echter aangeraden een jaar van onderscheiding te nemen ten dienste van de armen, de straatkinderen in een prachtig evangelisatiewerk: het werk "Points-Coeur”.      

Ik werd toegelaten tot dit gezegende werk en ze stuurden me naar Midden-Amerika, naar Honduras. Het was anderhalf jaar van zegeningen waarin ik meer ontvangen heb dan ik kon geven. In die tijd ontving ik - als u mij de vergelijking toestaat - een "roeping in een roeping", zoals Moeder Teresa van Calcutta zei. Een oproep om de armen en de kleinsten, de kinderen, te dienen: zo vertelde mijn broer monnik mij over de beweging van de “Missionarissen Dienaars der Armen” die voornamelijk in Peru werkt. Na mijn terugkeer uit Honduras in 2001, heb ik een paar maanden in Frankrijk doorgebracht om me voor te bereiden op mijn vertrek voor een jaar ervaring in Cuzco, Peru. Aangenomen door Pater Giovanni (stichter van deze gemeenschap), vervolgde ik mijn studies in het Vormingshuis “Santa María Madre de los Pobres” in Ajofrín, Toledo-Spanje. Ik beëindigde mijn studies in de theologie en door de genade van de Heer legde ik mijn eeuwige geloften af om de Heilige wijdingen van het Diaconaat en het Priesterschap te ontvangen. 

“De grootste zegen was om, door Gods genade, geboren te worden in een katholiek gezin.”

Mijn lofprijzingen aan Jezus zouden niets zijn zonder de dagelijkse viering van het Heilig Misoffer, zonder de Aanbidding, zonder de bezoeken aan het Heilig Sacrament en zonder het Breviergebed en de Rozenkrans.

Zo'n 19 jaar zijn verstreken sinds ik aankwam bij de "Missionarissen Dienaars der Armen”. Thans leef ik als religieus priester en missionaris ten dienste van enkele honderden arme kinderen nabij Cuzco, in de Cité van de Kinderen, waar de Beweging haar voornaamste apostolaat heeft. Hier, in de Cité van de Kinderen, hebben we een internaat, een college en een "Roepingencentrum” (waar jonge mensen hun roeping tot het religieuze leven onderscheiden). 

Ik ben betrokken bij de vorming van meer dan vijftig misdienaars en leid ook een koor van een twintigtal jongens; ik leid verschillende diensten in de sacristieën van onze huizen, geef voortdurend catechese aan de medewerkers van dit werk en aan al onze arme kinderen. We hebben ook een spirituele Scoutsgroep met ongeveer 75 jongens en komen elke zaterdag samen. Ik draag steeds de H. Missen op voor onze zusters, heb een apostolaat met een groep soldaten van het Peruaanse leger, die ik de biecht afneem en geestelijk begeleid. Wekelijks heb ik ook verschillende missies in het gebergte, in vijf dorpen, waar we de sacramenten vieren, catechese en godsdienstvorming geven, en alle armen verzorgen. 

Het dagelijks delen met onze kinderen en met al onze armen wordt de zuurstof van ons leven, het is de glimlach van God op aarde, zoals Moeder Teresa van Calcutta placht te zeggen, in tegenstelling met de demon van routine en egoïsme.

Jezus dienen doorheen de armen